Cobelpa
vertegenwoordigt de papierindustrie op verschillende niveaus
in de sociale commissies: Europees (CEPI), federaal (VBO), regionaal
(VOKA en UWE).
De sociale commissie van de sector, met de Human Resource managers
van alle bedrijven, is het info- en uitwisselingsplatform bij
uitstek binnen de sector.
Voor
de sectoronderhandelingen en verzoeningen tussen sociale partners,
maar ook o.m. voor de vrijstelling van de startbaanverplichting,
de bijzondere crisimaatregelen voor bedienden en de paritaire
goedkeuring over de vorm en het niet discriminatoire karakter
van dossiers betreffende de niet-recurrente resultaatsgebonden
bonus, zijn er twee paritaire comités: het PC 129 (voor
de arbeiders) en het PC 221 (voor de bedienden).
Binnen
het PC 129 en het PC 221 komt de paritaire werkgroep ‘milieu’
samen voor informatie betreffende milieuaangelegenheden, eventuele
sectorstandpunten die dan, desgevallend, gezamelijk te verdedigen
zijn, de stand van zaken rond de sectorconvenanten en ‘accords
de branche’ etc.
De
evaluatie van de ingediende opleidingsdossiers voor arbeiders
en bedienden per bedrijf worden jaarlijks door de leden van
het beheercomité van beide fondsen geëvalueerd.
Alhoewel
de verhouding "arbeiders-bedienden" op vrijwel onveranderd
bleef de laatste tien jaar en rond 70% - 30% schommelt, is de
totale tewerkstelling in de sector op tien jaar tijd met één
vijfde verminderd en bedraagt 4.000 mensen.
Ook
de verhouding werknemers in ploegenarbeid op de totale tewerkstelling
in de sector bleef nagenoeg ongewijzigd: 86% ploegenarbeiders
op het totaal aantal arbeiders en 41% bedienden die in ploegen
werkzaam zijn op het totaal aantal bedienden.
Talentbeheer
en doorstromingsmogelijkheden binnen het bedrijf bieden staan
in de sector centraal. De opleidingsplannen in vele bedrijven
illustreren dat dit geen holle slogan is. Multi-inzetbaarheid
is een vaak vooropgestelde doelstelling. Andere bedrijven gaan
nog verder en willen aan hun werknemers de mogelijkheid bieden
om minsten twee hogere functies te kunnen uitoefenen. Uiteraard
komt dit ook de flexibiliteit van de arbeidsorganisatie ten
goede.
Vanaf
2009 is een nieuw indexmechanisme van toepassing en voorziet
een variabele indexatie om de 6 maanden indien de gemiddelde
jaarlijkes inflatie lager is dan 5% en om de 4 maanden vanaf
5%. Er werd ook beslist geen negatieve indexatie toe te passen:
dit wordt dan verrekend op de eerstvolgende positieve indexatie.
-
SOLIDARISERING VAN DE (3%) STARTBAANVERPLICHTING
Sinds
2003 is de startbaanverplichting voor onze bedrijven op sector
vlak gesolidariseerd. Sleutelvoorwaarde hier is een sectorinspanning
van 0.15% voor de risicogroepen: wat we reeds in het sectorakkoord
2001-2002 vastlegden. Om een verlenging van deze solidarisering
te bekomen is het uiteraard van belang te kunnen aantonen dat,
nu weliswaar op sectorvlak, de 3% inspanning voor de startbanen
gehaald werd.
- CRISISWERKLOOSHEID
BEDIENDEN
Via
een sector CAO hebben onze bedrijven toegang tot de bijzondere
crisismaatregelen, waardoor de terugval in activiteit door de
crisis beter kan opgevangen worden. Een tijdelijke vermindering
van de arbeidsprestaties, niet alleen voor de arbeiders maar
nu ook voor de bedienden, moet toelaten prioritair de tewerkstelling
te behouden terwijl de personeelskosten onder controle blijven.